Meer belastingvoordeel bij Lijfrente

  • Home
  • Nieuws
  • Meer belastingvoordeel bij Lijfrente
Meer aftrek voor lijfrente

Dankzij de nieuwe pensioenwet gaan de regels voor de lijfrenteaftrek ook flink op de schop. Wij leggen de nieuwe voorwaarden uit en vertellen wanneer het aantrekkelijk is om van de ruimere mogelijkheden gebruik te maken.

Met de invoering van de nieuwe pensioenwet (Wet Toekomst Pensioenen) gaat er veel veranderen voor werknemers die pensioen opbouwen via de werkgever. Maar de nieuwe pensioenwet brengt ook grote veranderingen met zich mee voor iedereen die zelf (extra) pensioen wil opbouwen via een lijfrente. Goed nieuws voor zzp’ers, ondernemers en werknemers met een pensioengat. Maar wat is een lijfrente nu precies en wat is er veranderd met de invoering van de nieuwe pensioenwet?

Verschil pensioen en lijfrente
Het is belangrijk om eerst kort uit te leggen wat we nu precies onder pensioen en lijfrente verstaan. Deze termen worden heel vaak door elkaar gebruikt, maar fiscaal is er een groot verschil. Pensioen bouw je op via je werkgever en wordt ook betaald door de werkgever. Vaak betaal je als werknemer wel een eigen bijdrage. Pensioen is onderdeel van je arbeidsvoorwaarden en wordt ondergebracht bij een pensioenfonds of pensioenverzekeraar. De uitkering van een pensioen is altijd levenslang en over de uitkeringen betaal je gewoon belasting. Het is eigenlijk uitgesteld loon. Als je geen pensioenregeling hebt of weinig pensioen opbouwt, kun je zelf ook geld apart zetten. We noemen dat een lijfrente. Bij een lijfrente betaal je zelf de inleg en moet je die inleg zelf aftrekken in je aangifte inkomstenbelasting. De Belastingdienst betaalt dus mee aan de opbouw van je lijfrentekapitaal. Daar staat tegenover dat je over de uitkeringen te zijner tijd inkomstenbelasting moet betalen. Een lijfrente is interessant als je de premie tegen een hoger belastingtarief kunt aftrekken dan het tarief dat je uiteindelijk over de uitkering moet betalen. Je kunt een lijfrente opbouwen bij een bank, verzekeraar of vermogensbeheerder. Je opgebouwde lijfrentekapitaal kun je vanaf je AOW-leeftijd (of maximaal 5 jaar later) omzetten in een uitkering. Deze uitkering moet minimaal 5 jaar lopen, maar langer mag ook. Dat bepaal je zelf op de AOW-datum. Je kunt op je AOW-leeftijd ook shoppen met je lijfrentekapitaal en kiezen voor een uitkering bij een andere partij als dat meer oplevert.

Meer belastingvoordeel
Het bedrag dat je in lijfrente stort, mag je dus aftrekken van de inkomstenbelasting. Maar je kan niet zomaar een bedrag storten. Je mag het bedrag alleen aftrekken als lijfrente-inleg als je een aantoonbaar pensioentekort hebt. Dat toon je aan met een zogenoemde jaarruimteberekening. Op de website van de Belastingdienst kun je uitrekenen hoeveel je mag storten en aftrekken van de inkomstenbelasting. Simpel gezegd komt het erop neer dat hoe groter je pensioengat is, hoe meer je mag aftrekken. Toch was er een groot verschil tussen het pensioen dat werknemers konden opbouwen en het pensioen dat bijvoorbeeld een zzp’er met een lijfrente kon opbouwen. Dat is met de invoering van de nieuwe pensioenwet gelijkgetrokken. Het bedrag dat je als jaarruimte mag aftrekken, is een stuk hoger geworden. 

Nieuwe jaarruimte 2023
De nieuwe berekening voor de jaarruimte is met terugwerkende kracht ingegaan op 1 januari 2023. In 2022 kon je nog maximaal €15.317 aftrekken als jaarruimte. Dat is voor 2023 gestegen naar €34.550! In het kader ‘De nieuwe jaarruimteberekening voor 2023’ lees je hoe je deze berekening maakt. Dit is er veranderd ten opzichte van 2022:

■ Het opbouwpercentage is verhoogd van 13,3% naar 30%. Dat maakt voor iedereen een groot verschil.
■ Het maximale inkomen dat meetelt voor het bereken van de jaarruimte is verhoogd naar €128.810. Dat was in 2002 nog €114.866. Hierdoor kunnen mensen met hoger inkomen meer aftrekken.
■ De franchise (drempel) is verhoogd tot €16.322, al blijft deze voor 2023 nog €13.646. Over dit deel van je inkomen mag je geen lijfrente opbouwen omdat je straks ook AOW krijgt.

Reserveringsruimte in 2023
Naast de jaarruimte is er ook nog de reserveringsruimte. De reserveringsruimte is de jaarruimte die je de afgelopen jaren niet (of niet helemaal) hebt gebruikt. Heb je dus een flink pensioengat omdat je in het verleden niets of niet het volledige bedrag aan lijfrente hebt afgetrokken? Dan kun je dat nog inhalen. Ook de berekening voor de reserveringsruimte is flink aangepast en verbeterd:

■ Je mag nu 10 jaar lang de reserveringsruimte inhalen. Dat was 7 jaar.
■ Het bedrag aan reserveringsruimte is flink verhoogd tot maximaal €38.000. Dat was €8.065 en het dubbele als je binnen 10 jaar van de AOW-leeftijd zat. 
■ Het maximum is met ingang van 2023 niet meer afhankelijk van je inkomen in het voorafgaande jaar.

Maximaal €72.550 storten
Het totale bedrag dat je in 2023 mag aftrekken is maximaal €72.550. Dat bedrag bestaat uit €34.550 aan jaarruimte plus €38.000 aan reserveringsruimte. Al met al is het bedrag dat je nu mag inleggen en aftrekken flink verhoogd en dat is goed nieuws voor iedereen die zelf extra pensioen wil of moet opbouwen.

Belasting voor en na pensioen
Tot een belastbaar inkomen van €73.032 betaalt de fiscus voor 36,93% mee aan de opbouw van je lijfrente kapitaal. Boven de €73.032 is het belastingvoordeel zelfs 49,5%. Verder betaal je geen belasting in box 3 over het opgebouwde bedrag. Zeker als je belegt en een leuk rendement haalt, is dat een interessant voordeel. Wel betaal je belasting over de uitkeringen die je gaat ontvangen. Bij een uitkering vanaf de AOW-leeftijd betaal je tot een belastbaar inkomen van €38.704 maar 19,03%. Daarboven gelden weer de hogere percentages van 36,93% en 49,5%. Je betaalt ook 5,43% aan bijdrage zorgverzekeringswet. Slim omgaan met een lijfrente levert dus een leuk belastingvoordeel op.


DE NIEUWE JAARRUIMTEFORMULE VOOR 2023

De nieuwe jaarruimteformule is als volgt: (30% x premiegrondslag) - (6,27 x factor A). De premiegrondslag is het bruto-inkomen minus de AOW-franchise. In 2023 is de AOW-franchise nog €13.646. Het maximale bruto-inkomen waarover je jaarruimte mag berekenen is €128.810. De factor A is de aangroei van pensioen via een werkgever. De factor A staat op het pensioenoverzicht van je werkgever. De berekening van de maximale jaarruimte van iemand met een inkomen van €128.810 zonder pensioenopbouw bij een werkgever ziet er dan als volgt uit: 30% x (€128.810 - €13.646 =) €115.164 – (6,27 x €0 =) € 0 = €34.550

‘Slim omgaan met een lijfrente levert een leuk belastingvoordeel op’


 
Share our website